Experiment bekostiging wijkverpleging onderwerp van debat in Tweede Kamer
Experiment bekostiging wijkverpleging onderwerp van debat in Tweede Kamer keyvisual
‘Vanuit de relatie als cliënt en zorgprofessionals samen bepalen wat helpt om het leven zo goed mogelijk te leiden met alle uitdagingen die er zijn.’ Met deze uitspraak van zorgbestuurder Wil van de Laar (ActiZ kerngroep Zorg Thuis) startte VVD-Kamerlid Sophie Hermans het commissiedebat in de Tweede Kamer over wijkverpleging en palliatieve zorg. Al ging het grootste deel van het debat over de nieuwe bekostiging voor wijkverpleging.
Het experiment voor nieuwe bekostiging leverde veel discussie op tussen Kamerleden. Overeenstemming was dat geen van de politieke partijen bij het debat het werken op basis van ‘uurtje-factuurtje’ leidend wil laten zijn in de wijkverpleging. Wel kwamen inhoudelijke zorgen over het experiment terug in het debat: of een nieuwe bekostiging niet tot selectie van cliënten of onderbehandeling leidt? (Kamerlid Slagt – GroenLinks-PvdA) Wat het betekent voor de regeldruk voor zorgprofessionals? (Kamerlid Dobbe - SP) en hoe het ook echt bijdraagt aan meer preventie van zorg? (Kamerlid Joseph - NSC).
In haar beantwoording gaf demissionair minister Helder aan dat selectie van cliënten of onderbehandeling niet logisch is. Dit omdat er geen tarieven aan cliëntprofielen gekoppeld zijn en er dus geen financieel voordeel te behalen is. Ook liet ze weten dat er met de komst van cliëntprofielen iets anders verdwijnt: de ZN-doelgroepen, die nu nog uitgevraagd worden, komen te vervallen. Daardoor, én omdat het cliëntprofiel aansluit bij de werkwijze van verpleegkundigen, neemt de regeldruk niet toe is de verwachting. De nieuwe bekostiging biedt, zo zei Helder, ruimte om samen met de cliënt te beslissen wat nodig is en kan zo een belangrijk rol spelen om zelfredzaamheid te bevorderen.