Van lijstjes naar focus op het gesprek
ActiZ-bestuurder Caroline Beentjes in gesprek met senior inspecteur ouderenzorg Jooske Leenders
Van lijstjes naar focus op het gesprek keyvisual
De personeelsschaarste gaat de komende jaren steeds meer impact hebben op de toegankelijkheid, continuïteit en kwaliteit van de ouderenzorg. Dit vraagt om het anders organiseren van de zorg. En wat betekent dat voor het werk van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd? Verandert de wijze van toezicht houden ook? Caroline Beentjes, zorgbestuurder, en Jooske Leenders, inspecteur IGJ, gingen hierover in gesprek.
De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) moedigt zorgorganisaties aan de ruimte te zoeken om de zorg op een andere manier te kunnen organiseren. Als de zorg persoonsgericht, veilig en verantwoord blijft, is afwijken van kwaliteitsnormen mogelijk, mits het onderbouwd, besproken en goed doordacht is. De inspectie blijft ruimte en vertrouwen geven om het werk anders te organiseren ook als dat met andere of minder medewerkers gebeurt.
IGJ gebruikt Pas Toe en Leg Uit
De IGJ kijkt naar het afwijken van kwaliteitsnormen vanuit het principe Pas Toe en Leg Uit. Hierbij luisteren we naar hoe zorgorganisaties tot een keuze zijn gekomen, welke risico’s hierin zijn afgewogen, of gekeken is naar de minst ingrijpende normafwijking en of die normafwijking ook echt een antwoord geeft op het probleem of tekort. We bekijken de afspraken en bevragen hoe de alternatieve werkwijze werkt in de praktijk en hoe de kwaliteit en veiligheid geborgd is. Deze context informatie betrekken we bij ons oordeel.
Hoe kijken jullie naar dit vraagstuk?
Caroline: 'Toegankelijkheid van de zorg vind ik de grootste opdracht in de ouderenzorg. En ik zeg er meteen bij dat het een vraagstuk is voor de héle samenleving, niet alleen voor de zorg.' 'Het is zeker een maatschappelijk vraagstuk', beaamt Jooske, 'ook de IGJ richt zich op hoe we de zorg toegankelijk houden en niet te vergeten van voldoende kwaliteit. Om te weten wat nodig is, praten we met zorgorganisaties, maar ook intern met collega’s.'
Caroline: 'Welke waarde past bij dat anders organiseren van de zorg? Zelfredzaamheid. Als je zelfredzaam bent, voeg je zélf kwaliteit aan het leven toe. Laten we dus eerst en vooral kijken naar wat iemand nog zelf kan. En wat iemand nog kan leren, eventueel met behulp van hulpmiddelen. Wat de naasten kunnen doen en leren, speelt ook mee. En ook wat kunnen de mensen uit het netwerk doen. Dan wordt duidelijk wat er aan noodzakelijke zorg overblijft. Dat betekent dus dat de zorg anders is en wordt. En dat de kwaliteit van de zorg ook verandert, niet minder maar wel anders. De vragen die bij mij dan meteen opkomen zijn: is er dan een andere richtlijn, meetlat nodig? Of een ander verhaal met andere verwachtingen? En hoe hou je daar toezicht op?'
Jooske: 'De afweging wie doet wat en waarom moet gemaakt worden. En die ligt bij de zorgorganisatie. De IGJ kijkt naar de kwaliteit van wie er zorg verlenen en voor wie zij dat doen. De veldpartijen bepalen met elkaar of en hoe normen, protocollen en kwaliteitskaders veranderen. De IGJ beweegt mee met de veranderingen in het veld.' Caroline beaamt dat en geeft een voorbeeld. 'De thuiszorg staat onder druk en er is een wachtlijst. Wij hebben als antwoord daarop de zorghulp geïntroduceerd. Mensen die zorghulp willen zijn maar geen zorgachtergrond hebben krijgen een korte opleiding om daarna aan het werk te gaan. De zorghulpen komen elke dag bij de cliënten voor ADL-zorg. En één keer in de week komt een collega van minimaal niveau 3. Onze professie is om te beoordelen en het zo te organiseren dat dat kan én veilig is.'
Jooske: 'Kun jij verantwoorden wie jij inzet en waarom om goede zorg te garanderen? Dat is voor mij als inspecteur waar het om gaat.'
Hoe is dat proces voor de inzet van zorghulpen gegaan?
Caroline: 'Eigenlijk was het idee een ongevraagd advies van de centrale cliëntenraad. Het bestuur heeft gevraagd om een plan met uitwerking en uitvoering van de teamleiders in de thuiszorg. De route was kort. In maart werd het idee voorgelegd en in juni werd het operationeel. In de zomerperiode, als ook onze medewerkers vakantie hebben, is het altijd lastig om alle noodzakelijke zorg te verlenen. Mede door inzet van deze zorghulpen zijn we de zomer van 2023 relatief goed doorgekomen. In het najaar is het uitgebreid geëvalueerd met de zorghulpen, andere collega’s en uiteraard de betrokken cliënten. Het is goed uitgepakt en we gaan dit nu ook intramuraal doen.'
Jooske: 'Dit is een goed voorbeeld van iets dat anders georganiseerd is, maar niet buiten de norm valt. Wanneer de zorghulp geschoold is voor het ADL werk en de medewerker én de cliënt voelen zich er vertrouwd mee, dan zal IGJ niet zeggen dat het niet goed is of dat het niet kan.'
Wat hebben zorgorganisaties nodig van de IGJ?
Caroline: 'Wanneer we innoveren heb ik IGJ niet nodig. Wel als ik een calamiteit heb. Of als ik twijfel, moet ik dit wel of niet melden? Dan is even overleggen met IGJ prettig. En ook als ik nieuwe mogelijkheden ga verkennen. Het is gewoon heel fijn als je open en eerlijk het gesprek kunt voeren over de juiste interpretatie van de wet bijvoorbeeld. Of feedback op hoe ik het doe, zonder dat dat een beoordeling wordt op mijn functioneren als bestuurder.'
Jooske: 'Dat overleggen zien wij steeds meer als onze rol. Organisaties hoeven aan de voorkant geen toestemming te vragen om veranderingen door te voeren. In gesprek met de IGJ kun je toelichten waarom je voor een verandering hebt gekozen. Dit is pas toe en leg uit. De komende 10 tot 20 jaar moeten we de transitie van de zorg samen doen.'
Caroline: 'Wij hebben vanuit ActiZ periodiek overleg met IGJ. Dan sparren we met elkaar over wat er gebeurt in het veld en wat dat betekent voor ieders rol. De toekomst treed je gezamenlijk tegemoet. Er gaan altijd fouten gemaakt worden en dat mag ook. Belangrijk is hoe je met die fouten om gaat. Hoe help je elkaar daarbij op verenigingsniveau en op landelijk niveau met IGJ?'
Jooske: 'Wij zijn ook aan het zoeken hoe om te gaan met het grijze gebied. Als inspecteurs hebben we het daar met elkaar over. Sommige inspecteurs houden van kaders en de helderheid van de wet. Maar dat past niet altijd bij de zorgpraktijk.'
Wat is de grootste verandering in toezicht houden?
Jooske: 'We hebben grote maatschappelijke problemen en daar heeft iedereen zich toe te verhouden. Dat vraagt steeds meer om een goed gesprek en steeds minder om lijstjes afvinken. Soms blijven lijstjes nodig, bijvoorbeeld voor het bepalen van de ondergrenzen in gevallen waar het moedwillig niet goed gaat. Het veld verandert, het toezicht verandert mee. Ik heb nog regelmatig gesprekken met bestuurders die zeggen dit mag niet en dat mag niet. En dan vraag ik, waar staat dat? Dan merk ik dat er best heel veel regels en afspraken ingeslopen zijn. Maar van niet mogen is zelden sprake.'
Veilige zorg, zit daar bewegingsruimte in?
Jooske: 'We hebben recent te maken gehad met een aanbieder die de dubbele medicatiecontrole heeft afgeschaft. En dat hebben ze zorgvuldig gedaan door eerst pilots te draaien. Wat doet afschaffen van de dubbele medicatiecontrole met de hoeveelheid fouten? Waar zitten de kwetsbare punten? Zorgmedewerkers gaven aan dat de zorg juist veiliger wordt door de afschaffing van de dubbele controle, omdat ze niet meer van de afdeling worden weggeroepen voor controle. Ze kunnen nu bij de cliënten blijven. Afschaffing is in deze organisatie dus een goed uitlegbare keuze geweest.'
De goede praktijkvoorbeelden kunnen niet zomaar door iedereen worden overgenomen…
Jooske: 'En toch kun je dit besluit niet zomaar kopiëren naar andere organisaties. Het gaat namelijk over het deskundigheidsniveau van de mensen in de organisatie en over de cultuur. Is er veiligheid? Zorgverleners moeten kunnen zeggen: ik vind het niet fijn, ik vind het te spannend. Dat moeten cliënten ook kunnen zeggen. Cultuur en veiligheid zijn belangrijk. Maar dat is helaas niet op alle plekken vanzelfsprekend. De context waarin het plaatsvindt speelt dus ook een rol. Dus dubbele medicatiecontrole afschaffen omdat een ander dat ook doet, kan niet omdat de context bij de een anders is dan die bij de ander. In elke context moet er oog zijn voor de risico’s. Er is altijd gedegen onderzoek nodig bij veranderingen. Wanneer er op steeds meer plekken wordt besloten te stoppen met dubbele controle, dan is het blijkbaar geen richtlijn meer die past bij deze tijd. Het afschaffen van de dubbele controle van medicatie zien we niet op veel plekken. Een andere inzet van personeel is veel meer aan de orde.'
Is er sprake van vertrouwen?
Caroline: 'Ik ervaar dat wel zo, maar ik kan alleen voor mezelf spreken. Ik vertrouw erop dat het goed gaat als we niets horen, dus het gaat goed tenzij. Vertrouwen heeft ook te maken met mijn kwetsbaarheid laten zien en IGJ mee te laten denken. Dan geef ik vertrouwen.'
Jooske: 'Dat zeg je mooi. Het startpunt is vertrouwen. Wanneer een organisatie aangeeft dit niet te voelen, dan kunnen we het daar met elkaar over hebben. Eén ding is zeker, vanuit wantrouwen redeneren brengt beide partijen niet verder.'
Caroline: 'Vanuit ActiZ is de open blik belangrijk en in vertrouwen het gesprek kunnen hebben over wat die veranderingen betekenen. Met elkaar in de spiegel kijken, wat gebeurt er en wat betekent dat voor jou en voor mij? Hoe we dat ook doen als zorgbestuurders en IGJ, ik vind dat we samen ervoor moeten zorgen dat we de medewerkers hiermee zo min mogelijk belasten.'
Voor meer informatie:
-Voorbeelden waar ouderenzorg anders wordt georganiseerd
-Position paper arbeidsmarktkrapte
-Richtlijn voor continuïteit in zorg en jeugdhulp