‘De urgentie om te innoveren was nog nooit zo groot’
In gesprek: Bestuurder Anthonie Maranus en innovatiemanager Sandra Suijkerbuijk van Surplus
‘De urgentie om te innoveren was nog nooit zo groot’ keyvisual
De urgentie om te innoveren is nog nooit zo groot geweest, stelt bestuurder Anthonie Maranus van zorgorganisatie Surplus. In de nieuwe innovatieruimte van Surplus gaat hij in gesprek met programmamanager innovatie Sandra Suijkerbuijk. Wanneer is iets nou innovatie? En wat betekent de inzet van technologie voor medewerkers en voor cliënten? In deze video van de ActiZ Academie bespreken zij de dillema’s rondom innovatie en de kansen die het biedt om de zorg anders te organiseren.
Tijdens de opname van het gesprek - in de zomer van 2022 - is de innovatieruimte van Surplus nog in aanbouw. De ruimte, die wordt ingericht voor projecten rondom sociale en technologische innovatie, moet uitnodigen tot een ander gesprek en proces. ‘Als we hetzelfde blijven doen zoals altijd, met werkgroepen, commissies en klankbordgroepen, dan gaat écht innoveren niet lukken’, aldus bestuurder Anthonie Maranus.
Zoektocht
Wanneer is iets eigenlijk innovatie? ‘Bij Surplus zijn we, net als andere organisaties, bezig met verschillende soorten van innovatie’, vertelt Sandra Suijkerbuijk. ‘Dat is een zoektocht naar waar we als organisatie staan en op welke plekken we support moeten bieden. Het gaat soms om kleine verbeteringen en soms om echte vernieuwingen, of een combinatie van beiden.’ Zo zet Surplus in de zorg thuis al een uitgebreid pakket aan digitale hulpmiddelen in en worden innovaties als de heupairbag of slim incontinentiemateriaal ook geïmplementeerd binnen de organisatie.
Suijkerbuijk en haar team experimenteren ook met nieuwe, nog niet bewezen technologieën. ‘Maar ook met bewezen technologieën moet je goed kijken naar de context waarbinnen je deze implementeert. Innovaties kunnen toch een onverwachte impact hebben. Soms denk ik wel eens: zo spannend is dit toch helemaal niet? Terwijl het voor collega’s die ermee aan de slag gaan in de praktijk heel vernieuwend is. Daar moeten we het innovatieproces op laten aansluiten.’
Fundamentele veranderingen
Wat bestuurder Maranus betreft staan we aan het begin van een periode van fundamentele veranderingen. Dit komt mede door het personeelstekort in de zorg en de groeiende groep ouderen met een steeds complexer wordende zorgvraag. ‘In al die jaren dat ik in de zorg werk, is de urgentie om te innoveren nog niet eerder zo groot geweest.’ Dus moeten we het anders doen, stelt de bestuurder. ‘Niet een paar graden anders maar écht anders, en zo dat de verandering ook blijvend is. Het belangrijkste uitgangspunt is daarbij dat de medewerker goed zijn werk kan doen en dat de cliënt goed geholpen is.’
Suijkerbuijk erkent de problematiek, maar ziet tegelijkertijd dat er van technologie onwijs veel wordt verwacht. ‘Technologie wordt soms geschetst als hét antwoord op onze vraagstukken. In de praktijk zie ik veel verpleegkundigen of verzorgenden die denken dat hun rol echt gaat veranderen. Vinden ze hun werk met de inzet van technologie nog wel leuk? We kunnen veel bijdragen met technologie, maar het is ook spannend. Want wat zetten we in, wat betekent dat voor iemands werk en iemands interactie met de cliënt?
'Het is onze uitdaging om aan de ene kant de mensen mee te krijgen: ze de waarde van technologie laten zien, voor henzelf en voor hun cliënten', stelt Suijkerbuijk. 'Maar anderzijds managers en bestuurders ook temperen in hun verwachtingen: technologie geeft niet meteen de oplossing. Daarvoor moet je investeren, in tijd en geld.’