Tijdens dit debat nam de Kamer meerdere moties aan, waarin de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de staatssecretaris van Financiën werden verzocht de zachte landing gedeeltelijk te verlengen en in 2026 risico-gestuurd te handhaven. Als reactie deden de bewindspersonen enkele toezeggingen, die zij afgelopen vrijdag nader toelichtten in een brief.

In deze brief geeft de staatssecretaris aan dat in 2026 een gedeeltelijke verlenging van de zachte landing van kracht is. Dit betekent dat de Belastingdienst in 2026 in beginsel start met bedrijfsbezoeken in plaats van boekenonderzoeken. Dat jaar legt de Belastingdienst geen verzuimboetes op, terwijl vergrijpboetes bij opzet of grove schuld wel mogelijk blijven. Daarnaast behoudt de Belastingdienst de mogelijkheid om naheffingen op te leggen over de periode tot 1 januari 2025.

Alle aanwezige partijen, met uitzondering van GroenLinks-PvdA, riepen het kabinet op om uitvoering te geven aan de in oktober aangenomen motie van de leden Ergin (DENK), Flach (SGP) en Vijlbrief (D66). Hierin stelden zij voor de zachte landing met een jaar te verlengen. De staatssecretaris weigerde dit aanvankelijk, waardoor later op de dag een extra tweeminutendebat plaatsvond. Tijdens dit debat deden de bewindspersonen toezeggingen, die uiteindelijk hebben geleid tot de brief van de staatssecretaris.

De onzekerheid die de politiek al jaren laat bestaan rondom de inzet van flexibele arbeid baart ActiZ zorgen. Om continuïteit van zorg te kunnen borgen is het voor zorgorganisaties noodzakelijk dat zij het werk met voldoende mate van flexibiliteit kunnen organiseren. De onduidelijkheid over de wetgeving van zowel externe als interne flexibiliteit maakt het voor zorgorganisaties moeilijk om passende keuzes te maken. ActiZ roept een nieuw kabinet op om zo snel mogelijk duidelijkheid te bieden aan de sector.